Systeemcomponenten aansluiten
02
Hoofdstuk
108
Nl
Het stroomsnoer aansluiten (1)
Opmerking
De functies van *2 en *4 kunnen ver-
schillen afhankelijk van het type voer-
tuig. In dit geval moet *1 op *4 en *3
op *2 worden aangesloten, zoals in
de afbeelding wordt weergegeven.
Opmerkingen
Wanneer een subwoofer (*5) op dieses Pro-
dukt wordt aangesloten in plaats van een ach-
terluidspreker, wijzigt u de instelling voor de
achteruitgang in de eerste instelling. (Raadpleeg
de bedieningshandleiding.) De subwooferuit-
gang van dieses Produkt is monauraal.
Wanneer u een subwoofer van 70 W (2 Ω)
gebruikt, sluit u deze aan op de paarse en
paarse/zwarte draden van dieses Produkt.
Sluit niets aan op de groene en groene/zwarte
draden.
•
•
Verbind de draden met dezelfde kleur.
Geel (*2)
Reserve
(of accessoire)
Geel (*1)
Naar aansluiting met stroom ongeacht
stand van contactschakelaar.
Rood (*4)
Accessoire
(of reserve)
Rood (*3)
Naar elektrische aansluiting geregeld
door contactschakelaar (12 V DC)
ON/OFF.
Oranje/wit
Naar aansluiting van lichtschakelaar.
Zwart (aarde)
Naar (metalen) carrosserie
van voertuig.
ISO-aansluiting
Luidsprekerdraden
Wit: linksvoor
Wit/zwart: linksvoor
Grijs: rechtsvoor
Grijs/zwart: rechtsvoor
Groen: linksachter of subwoofer (*5)
Groen/zwart: linksachter of subwoofer (*5)
Paars: rechtsachter of subwoofer (*5)
Paars/zwart: rechtsachter of subwoofer (*5)
Opmerking
In sommige voertuigen kan de ISO-aanslui-
ting uit twee aansluitingen bestaan. In dat
geval moeten beide aansluitingen worden
aangesloten.
*2 *1
*4 *3
Comments to this Manuals